Over bankrovers en roofbanken
Net als vele anderen kijk ik ook regelmatig naar de filmpjes die op Facebook voorbijkomen. Zo zag ik laatst een heel flauwe mop van een Engelse komiek, die ging als volgt;
Een gewapende bankrover loopt een bankgebouw in en schiet een paar keer in de lucht en roept “dit is een overval, allemaal op de grond liggen!”
Hierbij glijdt zijn masker naar beneden en dit laat zijn gezicht even onbedekt. Hij vraagt aan de dichtstbijzijnde bankbezoeker of hij zijn gezicht heeft gezien. Als de man bevestigend antwoord schiet de bankovervaller hem zonder aarzeling neer. Zo ook bij de tweede bezoeker, geen seconde twijfel. Als hij aan de derde bezoeker vraagt of hij zijn gezicht heeft gezien antwoord deze; “Nee, ik niet, maar mijn vrouw hiernaast wel!”.
Ik weet het, heel flauw en vrouwonvriendelijk maar het liet me aan een recent voorval met een bank denken.
Wat was het geval?
Een man kwam begin dit jaar bij mij, doorverwezen door een mediator waarmee ik samenwerk. De man zat in het begin van een echtscheidingsprocedure, met veel vragen. Hij wilde graag weten of de hypotheek op de woning waarin hij en zijn aanstaande ex-partner samenwoonden, ook alleen op te brengen zou zijn. Uiteraard nadat hij de hypotheek had verhoogd om haar de helft van de overwaarde mee te kunnen geven.
Het ging om een man van 64, goede baan, goed pensioen en een hypotheek die na uitkoop van zijn ex ongeveer 35% van de woningwaarde zou bedragen. Uiteraard was er sprake van een alimentatieplicht tot aan pensioendatum en het tijdens de huwelijkse periode opgebouwde oudedagspensioen moest worden gedeeld.
Nu had de man in 2017 zijn hypotheek overgesloten met een rentevaste periode van 10 jaar tegen een erg lage rente. Dit was indertijd bewust zo gedaan omdat de man in 2027 zou pensioneren.
Het idee hierachter was om tegen die tijd het huis te verkopen en hypotheekvrij een appartement in de buurt van de, allang uitgevlogen, kinderen te kopen. De woning was weliswaar al jaren veel te groot geweest voor twee personen maar het huis lag gunstig, waardoor hij iedere dag met de fiets naar zijn werk kon. Gezien de lage lasten, geen probleem om de woning tot pensionering aan te houden.
Als iemand bij scheiding de echtelijke woning wil houden moet er een verzoek tot ontslag hoofdelijke aansprakelijkheid bij de hypotheekverstrekker worden aangevraagd. Afspraken die in een convenant worden gemaakt moeten uiteraard juridisch en financieel uitgevoerd worden. In dit geval was afgesproken dat de man de woning en de daarop rustende hypotheek zou overnemen en de vrouw zou een bedrag krijgen om een nieuwe start mee te maken.
Gezien het feit dat de man een aanzienlijke alimentatieverplichting heeft en hij een groot deel van zijn pensioen mist kwam bij de toetsing naar voren dat het overnemen van de huidige hypotheek plus de verhoging niet past op basis van de normale acceptatiecriteria.
Speciaal voor situaties als deze zijn er uitzonderingen in de regelgeving opgenomen, die kunnen namen hebben als “beheertoets”, “woningbehoud toets” of “netto werkelijke lasten toets”. Grote gemene deler is dat er wordt gekeken naar hoe de werkelijke financiële situatie is, in plaats van rekening houden met de lasten van de hypotheek alsof je een starter op de woningmarkt zou zijn.
Vol vertrouwen ging ik aan de slag, rente is extreem laag en staat nog vast tot geplande datum verkoop hypotheek, lasten zijn voor een grotendeels aflossingsvrije hypotheek en zelfs de kosten van het bedrag dat wordt bijgeleend past makkelijk binnen de gestelde maximaal toegestane woonlast.
Appeltje eitje….
Aanvraag tot omzetting en verhoging ingediend bij de bank, vroeger te vinden tussen de kerk en het plaatselijk café zat, tegenwoordig wil deze, volgens haar slogan, een betere wereld laten groeien.
Telefoontje van de bank, “euh, het kan niet wat jij wil”.
Pardon? Ik heb de tool die ze beschikbaar hebben voor dit soort situaties gevolgd, ingegeven dat het om een relatiebreuk gaat, inkomen samen met alimentatieverplichtingen ingevoerd en het lagere inkomen na pensionering. Toets geeft akkoord.
Ja, maar zo werkt het niet, is de verklaring.
In al haar doorgeslagen “klantbescherming” kan sinds kort alleen maar gebruik worden gemaakt van de “Werkelijke Lasten Toets” als de rente van de lopende hypotheek nog minstens 20 jaar vaststaat.
De bank, jaren geleden nog “een bank met ideeën” wil dat mijn klant zijn rente van 1,7%, verruilt voor een rente van 5,37% waarmee zijn rentelast dus ruim verdrievoudigt!!!
Een appèl op gezond verstand van de bank in verband met de geplande verkoop van de woning en inlossing van de hypotheek én de werkelijke last die mijn klant de resterende 3 hypotheekjaren zou hebben, zijn aan dovemans oren gericht.
Om de lasten betaalbaar te houden volgens de toets moet mijn klant zijn lasten dus driemaal zo hoog maken dan hoe ze nu zijn.
Ik vraag me af of, de man van die flauwe grap waarmee ik startte, misschien wel in een echtscheiding is verwikkeld en net een hypotheekgesprek heeft gehad bij die bank.